Hoe inbraak voorkomen?
Om inbraak te vermijden, werk je best alle zwaktes weg in jouw jeugdlokaal. Om die zwaktes weg te werken, kun je verschillende maatregelen nemen. Sommige zijn klein en hebben weinig impact op de werking, andere zijn dan weer groter en vragen heel wat werk en/of financiële middelen.
Een inbraak duurt doorgaans maar vijf minuten. Inbraakpreventie komt er dus op neer om ervoor te zorgen dat de inbreker in die vijf minuten zo weinig mogelijk schade heeft kunnen aanrichten, niet ver in je gebouw is geraakt en dus zo weinig mogelijk heeft kunnen stelen.
Een inbreker heeft vier vijanden:
- De tijd
- Het lawaai
- Sociale controle
- Licht
Mogelijke maatregelen zullen altijd proberen in te spelen op een of meerdere van die vijanden. Die maatregelen worden ingedeeld in drie grote groepen:
- Enerzijds hebben we de maatregelen voor de manier waarop je je als organisatie organiseert tegen mogelijke diefstal (en vandalisme). Dit gaat dan vooral over de afspraken die je maakt en zijn dus organisatorische maatregelen.
- Anderzijds hebben we een lijstje van maatregelen die eerder van bouwkundige aard zijn. Een stevigere deur bijvoorbeeld. We spreken hier over bouwkundige maatregelen.
- Daarnaast gaan we ook nog even in op eventuele elektronische beveiliging
- En tot slot moet je bij de politie melden dat er een inbraak of inbraakpoging in het jeugdlokaal geweest is, en dit zowel voor diefstal tijdens de activiteiten als erbuiten. Het publiek maken van inbraken en inbraakpogingen is ook belangrijk om herhaling te voorkomen. Bij de politie kan je ook terecht voor preventieve maatregelen.